In een zaak waarin het gerechtshof Den Haag op 13 juli 2021 uitspraak heeft gedaan stond de vraag centraal of de werkgever tijdens ziekte van de werknemer de leaseauto mocht innemen, waarvan de werknemer ook privégebruik mocht maken.

In de mobiliteitsregeling van de werkgever (waarmee de werknemer akkoord was gegaan) staat dat de leaseauto na zes maanden van arbeidsongeschiktheid dient te worden ingeleverd.

Het gerechtshof heeft in deze zaak overwogen dat in de wet en in de wetsgeschiedenis geen aanwijzingen te vinden zijn dat het privégebruik van een leaseauto valt onder het recht op loon bij ziekte. Dit maakt volgens het gerechtshof dat tussen werkgever en werknemer afspraken kunnen worden gemaakt over het inleveren van een leaseauto tijdens ziekte, met als gevolg dat het privégebruik van de leaseauto eveneens op dat moment eindigt. Het gerechtshof voegt daaraan toe dat (tenzij andere afspraken zijn gemaakt) werknemer daarna geen aanspraak heeft op een vergoeding voor het verlies van het privégebruik van de leaseauto.